Hoe overtuigingen uit je jeugd je nog steeds sturen
“Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg.”
“Wij zijn nu eenmaal geen mensen die…”
“Als je hard werkt, komt alles goed.”
Herken je zulke zinnen? Misschien zeiden je ouders ze niet eens expliciet, maar voelde je wel aan: dit hoort bij ons, dit hoor je te geloven.
De overtuigingen die je als kind meekreeg, zijn nu de stem in je hoofd. En vaak merk je pas hoe sterk die stem is, wanneer je iets anders wilt dan ‘gewoon’.
De kracht van ongeschreven regels
In elk gezin gelden er onzichtbare wetten. Bijvoorbeeld:
- Over emoties: “Boosheid mag niet.” / “Verdriet is zwak.”
- Over succes: “Je moet het beter doen dan wij.” / “Dromen zijn onrealistisch.”
- Over relaties: “Blijf bij elkaar, wat er ook gebeurt.” / “Vertrouw niemand.”
Deze regels zijn niet goed of fout – maar ze zijn wél bepalend. Ze sturen hoe je nu omgaat met conflicten, hoe je denkt over geld, of waarom je je schuldig voelt als je ‘nee’ zegt.
Hoe doorbreek je ze?
- Word detective van je eigen denken
- Waar voel je weerstand bij nieuwe keuzes?
- Welke ‘waarheden’ heb je nooit bevraagd?
- Scheid feit van overtuiging
Bijvoorbeeld:
- “Mijn ouders zeiden dat ambitie egoïstisch is.” → Is dat zo? Of was dat hun angst?
- “In onze familie praten we niet over problemen.” → Dient die regel jou nog?
- Schrijf nieuwe regels
Dit is geen afrekening met je verleden, maar een uitbreiding ervan.
- “Ik mag erkenning vragen voor wat ik doe.”
- “Mijn gevoelens zijn geen zwakte.”
- “Ik hoef niet te bewijzen dat ik goed genoeg ben.”
Het is nooit te laat om opnieuw op te groeien
Je hebt niet gekozen voor de overtuigingen die je meekreeg. Maar je kunt wél kiezen welke je meeneemt – en welke je achterlaat.
En soms is dat het mooiste geschenk dat je jezelf (en je toekomstige familie) kunt geven: de vrijheid om anders te zijn dan wie je leerde dat je moest zijn.